Het eind van het jaar nadert met rasse schreden. En als in de media opeens jaaroverzichten verschijnen over allerlei verschillende onderwerpen, kan ik natuurlijk niet achterblijven met mijn eigen “mooiste, beste, leukste”-lijst. Welk bouwwerk, stad, boek of liedje is mij dit jaar het meest bijgebleven? De verrassende abdij van San Galgano waar we dit voorjaar naar toegingen is voor mij, ondanks de vervallen staat, het mooiste bouwwerk dat ik dit jaar zag.
San Galgano
Waarom zou je naar Groot Brittanie afreizen, op zoek naar rots en zwaard van Koning Arthur als je niet al te ver afwoont van een ander (of hetzelfde?) zwaard in een rots? Reden dus om richting Monteciano (een plaatsje ten zuiden van Siena) te rijden en dit zwaard van ridder Galgano Guidotti (1148-1181) te bekijken.
Galgano is een dapper en zeer losbandige ridder, maar nadat de aartsengel Michael in twee dromen aan hem verschijnt, besluit hij zijn frivole leven in te ruilen voor een leven dat in het teken staat van religie en trekt zich als kluizenaar terug op de heuvel Montesiepi. En of hij het doet om zijn gewelddadig bestaan af te zweren of om een kruis te hebben om bij te kunnen bidden en mediteren is niet duidelijk, maar in 1180 neemt hij zijn zwaard en steekt het rechtop in een rots, waarna niemand het er meer uit kan trekken. Voor hem een teken van God dat hij de juiste keuze maakt. Naast het zwaard in de rots bouwt hij een hut, die na zijn dood in 1181 en zijn heiligverklaring op bevel van de bisschop van Volterra wordt gebruikt als fundament voor de kapel, de Rotonda van Montesiepi.
De abdij
Het kapelletje met in het midden het zwaard van San Galgano is prachtig. Het is rondgebouwd in een gothisch-senese stijl, waarin rode en witte banden elkaar afwisselen tot in de koepel toe. De kleuren doen denken aan de symboliek die door Etrusken, Kelten en Tempeliers werd gebruikt.
Maar wat mij verraste en ik adembenemend mooi vond, is de abdij van San Galgano. Deze abdij werd aan het begin van de 13e eeuw gebouwd door Franse monniken, de Cistercienzers, en kende een bloeiperiode waar de pestepidemie van 1348 een einde aanmaakte. Het verval van de abdij zette daarna in, met als dieptepunt het verkopen van niet alleen de juwelen, maar ook het loden dak van de kathedraal in 1550. Na het ontwijden van de abdij in 1789 werd het door de boeren uit de omgeving verder ontmanteld. Maar desondanks, of juist dankzij dit alles, is de kathedraal met het kiezel en gras als vloerbedekking en de blote hemel als dak betoverend en mystiek en zeker ‘s avonds als het donker wordt, een bezoek waard.
Leave a Reply